Lautje & kale meester Geert
“Moet je niet vragen hoe het is gegaan?”, vroeg mijn moeder plompverloren. Dat sollicitatiegesprek? Dat was in mijn hoofd dinsdag of woensdag. In mijn hoofd, op papier was het vandaag. Mijn moeder deed het gesprek uit de doeken.
Sinds een jaar zit mijn moeder thuis. Contract niet verlengd terwijl ze met haar pootje omhoog zat. Hoewel nog steeds in de ziektewet – op die ene week na, te vroeg omgezet – is ze al wel druk aan het solliciteren. Naar aangepast werk, want 24 uur per week staan zit er niet meer in. Vandaag was ze een van de vier genodigden (uit de 21 brieven!) bij de Sijsjesberg. Het zwembad dat voor mij gelijk staat aan vele jeugdherinneringen.
Voor de mensen die uit ‘t Gooi komen, hoef ik niet uit te leggen wat de Sijsjesberg is. Maar goed, ik heb ook lezers uit Australië en Slovenië, dus bij deze een korte uitleg. De Sijsjesberg is – buiten dat het een wijk is, want dat vond ik net op Wikipedia – een buitenzwembad in Huizen. Het bestaat sinds jaar en dag, en de openingsdatum was niet te vinden op Wikipedia, maar volgens mijn vader die ik aan de telefoon had, is het zwembad ouder dan hij. Bejaard dus.)
Als klein meisje kwam ik er al, voor zwemlessen. Helaas kreeg ik holteontstekingen van het chloor in de binnenbaden en moest ik uitwijken naar een buitenbad. Afhankelijk van het weer. En bij heel erg warm weer moest ik ‘s ochtends vroeg al klaar staan voor een echte watertrappelsessie. Niet dat ik dat erg vond, want ik had de liefste zwemleraar van de wereld: meester Geert. Die – volgens mijn moeder, want dat herinner ik mezelf echt niet meer – de enige was die me Lautje mocht noemen. Eerlijk is eerlijk, ik heb daar ook altijd een hekel aan gehad. Lautje, wie zegt dat nu?
Of nog erger: Lau. Toen ik op een dag zei het ge-Lau zat te zijn, gaf iemand me een tip: gewoon zeggen “Ik ben niet lau(w), maar heet”. Geen idee meer wie het was, maar het hielp wel tegenover de 14-jarige pubers in mijn klas. Al blijft de vraag hoe ze me vanaf dat moment zagen. Tegenwoordig heb minder moeite met met welke verkleinvorm dan ook van mijn naam. Nu ik 30 ben, vind ik dan kennelijk dat men mij jonger inschat. En dat wil je graag als je al grijze haren hebt ofzo.
Maar goed, meester Geert moedigde me dus aan de kant aan: “Hup Lautje!” en Laura haalde in seizoen één haar A-diploma. In seizoen twee volgde mijn B-diploma. Meester Geert hoefde ik gelukkig niet te missen, die was vergroeid met het zwembad. En wanneer ik er ook was, ik zei altijd even gedag. Ook die ene keer dat ik met mijn moeder, broer en neef Casper ging zwemmen op een regenachtige dag. Met zijn vieren in dat enorme bad. En toen het begon te onweren als een gek door de kou eruit.
Of toen ik een jaar of 12 was en met mijn brugklasvriendinnetjes in de weide ging liggen om leuke jongens te spotten. Met mijn zakgeld op zak liepen we dan op ons charmantst naar de kiosk toe, om schuimblokken en trekdroppen te halen. Een oude, kale man gedag zeggen, was dan niet stoer. Maar hey, meester Geert bleef meester Geert he? Mijn meester Geert.
Inmiddels is het een jaar of 13 geleden dat ik er voor het laatst was. Maar als ik er nu aan terugdenk, maakt mijn hart nog een sprongetje. De Sijsjesberg. Wat zou het leuk zijn als mijn moeder daar straks werkt. Al is meester Geert er niet meer, die is al lang en breed met pensioen…
Ik duim voor je moeder!
Weet je moeder al meer?
@ anita: ze had het al verwacht, maar ze is het niet geworden. Het is van mei t/m oktober (seizoen) en in mei gaat ze al drie weken naar Vietnam (vorige maand geboekt). Daarbij was ze de enige die deeltijd wilde, de rest wilde fulltime, dus sloot niet goed aan.
Jammer! Hoop dat ze toch snel iets vindt dat bij haar past.
Geert, dat is een prima naam voor een zwemleraar. Die hebben we hier in het plaatselijke zwembad ook rondlopen. Een prima figuur 😀